Het hoofd van de katholieke kerk, paus Franciscus, bezocht op vrijdag het voormalige nazi-Duitse vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau tijdens zijn bedevaart naar Polen voor de Wereld Jongeren Dagen.
De paus reisde op vrijdagochtend naar Auschwitz, op ongeveer 70 km van de zuidelijke stad Kraków.
De paus had in juni aangekondigd dat hij geen toespraak zou geven in het kamp.
Sprekend met verslaggevers, zei de paus dat hij met een minimale entourage naar die “plaats van horror” wilde gaan. “Moge de Heer, mij de genade van het huilen geven,” voegde de paus.
Er was een emotioneel moment toen de paus 12 overlevenden van het kamp ontmoette, waar de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog methodisch meer dan een miljoen mensen gedood hebben, voornamelijk Joden, maar ook Polen, Roma en Russische krijgsgevangenen.
Onder de groep overlevenden was Eugeniusz Gruszczyński, die een kaars overhandigde die Paus Franciscus later bij de muur des doods aanstak.
“De Heilige Vader liet zien dat hij de tragedie van de mensen die hier omkwamen ziet. En hij moet het ook hebben gevoeld, want hij was erg rustig,” zei Gruszczyński later.
Auschwitz was een deel van de route van de in Polen geboren paus Johannes Paulus II’s eerste bedevaart naar zijn vaderland, op 7 juni 1979 en van de bedevaart van Paus Benedictus XVI op 28 juni 2006. Beide leverde een preek p[ de plaats.
Vrijdag markeert de 75e verjaardag sinds de Poolse Franciscaner monnik Vader Maximiliaan Kolbe, opgesloten in het kamp, vrijwillig zijn leven gaf voor een andere gevangene, die een vrouw en kinderen had.
Na twee weken in een hongersnood cel, kreeg Vader Kolbe een dodelijke fenol injectie. Hij werd heilig verklaard in 1982. Paus Franciscus bad in stilte in Vader Kolbe’s cel, bij de muur des doods en bij een gedenkteken herdenkend van de meer dan een miljoen slachtoffers van Auschwitz.
Wereld Jongeren Dag loopt tot en met 31 juli.
