Het Europees Parlement heeft controversiële nieuwe regels voor het wegvervoer aangenomen, ondanks protesten van Polen en andere oostelijke EU-staten dat de stap hun vrachtvervoerbedrijven zou schaden.

Exceptioneel transport over de weg – auteur Sankarip at fi.wikipedia / CC BY-SA 2.5
De regels geven vrachtwagenchauffeurs die in het buitenland werken het recht om elke drie tot vier weken naar huis terug te keren.
Ze eisen ook dat vrachtwagens elke acht weken terugkeren naar het hoofdkantoor van hun bedrijf. Die stap is bedoeld om te voorkomen dat ondernemingen bedrijven registreren in zogenaamde belastingparadijzen zonder daar daadwerkelijk te opereren.
Polen, Bulgarije, Roemenië, Hongarije, Letland, Litouwen, Estland, Malta en Cyprus waren tegen de nieuwe regels en zeiden dat het terugbrengen van lege vrachtwagens hun vervoerders financieel schaadt en een aanzienlijke CO2-voetafdruk achterlaat – in een tijd waarin de EU ernaar streeft om te beperken broeikasgasemissies om klimaatverandering tegen te gaan.
Europarlementariërs van de regerende conservatieve partij voor Wet en Rechtvaardigheid in Polen en van de belangrijkste oppositiepartij, de partij Burgerplatform, probeerden de regelgeving te wijzigen en dienden een aantal wijzigingen in het pakket in.
Maar de amendementen werden door de Euro afgevaardigden verworpen.
De herziening wordt gepromoot door rijkere EU-landen, waaronder Frankrijk en Nederland, die zeggen dat de nieuwe regelgeving volgens PAP zorgt voor betere arbeidsomstandigheden voor chauffeurs en gelijke concurrentieregels.
Staten uit Midden- en Oost-Europa voerden aan dat de regelgeving een protectionistische maatregel is van westerse regeringen die meer concurrerende bedrijven uit landen als Polen uit hun markten willen verdrijven.
Bron: PAP, Polish Radio (English version)