Ambtenaren, waaronder een Poolse vice-premier, waren maandag gereed de 75e gedenkdag van de bevrijding van het Majdanek nazi-Duitse concentratie/vernietigingskamp in Oost-Polen te herdenken.
In de stad Lublin werden herdenkingen gehouden met een kransleggingsceremonie bij een monument voor de slachtoffers van het kamp en een ontmoeting met de families van overlevenden.
De Poolse vice-premier en minister van Cultuur Piotr Gliński werd geacht dat hij de deelnemers zou toespreken.
Het nazi-concentratiekamp Majdanek, bekend als het Konzentrationslager Lublin, bestond tussen oktober 1941 en juli 1944 in het door Duitsland bezette Oost-Polen.
Het was een van de eerste concentratiekampen die werden ontruimd. In juli 1944 werd het kamp ontruimd als gevolg van het oprukken van het Sovjet Leger. Door het naderen van de Sovjetsoldaten trachtten de nazi’s alle sporen van de misdaden in Majdanek te wissen. Dit werd gedaan met behulp van de overgebleven gevangenen Op maandag 24 juli 1944 arriveerde troepen van het Rode Leger, er werden door hen nog slecht enkele honderden gevangenen levend aangetroffen.
Ongeveer 78.000 mensen kwamen in het kamp om het leven, waarvan 59.000 Joden waren.